Een antidiscriminatiebureau is niet-ontvankelijk in haar verzoek tegen Sauna Azzurra B.V. omdat zij onvoldoende belang heeft.

Een antidiscriminatiebureau is niet-ontvankelijk in haar verzoek tegen Sauna Azzurra B.V. omdat zij onvoldoende belang heeft.

Oordeelnummer 2022-79
Datum: 12-07-2022
Trefwoord: Aanbieden van of verlenen van toegang tot goederen en diensten Ontvankelijkheid Belang Geslacht
Discriminatiegrond: Geslacht Seksuele gerichtheid Burgerlijke staat
Terrein: Goederen en diensten - Overige

Situatie

Sauna Azzurra B.V.(hierna: de Sauna) maakt in haar prijsbeleid onderscheid tussen mannen, vrouwen en mensen die alleen en als koppel komen. Een mannelijke bezoeker voelt zich door dit prijsbeleid gediscrimineerd op grond van geslacht. Hij moet een entreeprijs van €40,-betalen terwijl vrouwen slechts €10,- te hoeven betalen. De man dient een discriminatieklacht in bij een antidiscriminatiebureau en er wordt een hoor- en wederhoorprocedure gestart. Gedurende de procedure wijzigt de Sauna de tarieven waarbij de entreeprijs voor alleengaande vrouwen en mannen gelijk wordt getrokken. 

Beoordeling

Het is verboden om onderscheid op grond van geslacht te maken bij het aanbieden van of verlenen van toegang tot goederen of diensten. Het antidiscriminatiebureau baseert haar verzoek op de gehanteerde entreeprijzen voorafgaand aan de procedure bij het College. Hierbij werd er een onderscheid gemaakt tussen alleengaande mannelijke en vrouwelijke bezoekers. Het College constateert dat met het aanpassen van de tarieven, de ongelijke behandeling is opgeheven. Zowel vrouwen als mannen betalen nu dezelfde, vaste entreeprijs van € 40,- ongeacht hun geslacht. Het College heeft in dit verband ambtshalve kennisgenomen van een uitspraak van het Hof van Justitie (Diskrimineringsombudsmannen / Braathens Regional Aviation AB) en geoordeeld dat hier geen succesvol beroep op kan worden gedaan. Anders dan in de uitspraak van het Hof betreft het hier namelijk geen schadeloosstelling. Daarnaast zou een oordeel in deze zaak er niet voor zorgen dat het herhaling van discriminatie zou voorkomen, omdat de Sauna door het aanpassen van de entreeprijzen de ongelijke behandeling al heeft opgeheven.

Het College concludeert uit de overgelegde stukken en het onderzoek ter zitting dat de gronden seksuele gerichtheid en burgerlijke staat puur en alleen in de sleutel van de hoofdklacht geslacht zijn opgevoerd. Met het wegvallen van deze grond is ook de grond onder het behandelen van de andere klachten weggevallen.

Oordeel

Een antidiscriminatiebureau is niet-ontvankelijk in haar verzoek tegen Sauna Azzurra B.V.


Oordeel 2022-79

Datum: 12 juli 2022

Dossiernummer: 2021-0740

Oordeel in de zaak van

Stichting Regionale Anti Discriminatie Actie Raad (RADAR)

gevestigd te Rotterdam, verzoekster

tegen

Sauna Azzurra B.V.

gevestigd te Beuningen (Gelderland), verweerster

1 Verzoek

Verzoekster vraagt het College om te beoordelen of verweerster verboden onderscheid op grond van geslacht, hetero- of homoseksuele gerichtheid of burgerlijke staat maakt door verschillende entreeprijzen te hanteren.

2 Verloop van de procedure

2.1 Het College heeft kennis genomen van de volgende stukken:

  • verzoekschrift van 6 december 2021, ontvangen op 7 december 2021;
  • verweerschrift van 20 mei 2022.

2.2 Het College heeft de zaak ter zitting behandeld op 1 juni 2022. Partijen zijn verschenen. Verweerster werd vertegenwoordigd door [. . . .], eigenaar, en bijgestaan door mr. K. Coenders-El Dahri, advocaat.

3 Feiten

3.1 Verweerster exploiteert een erotische sauna in Beuningen. Het verschil met een reguliere sauna is dat bij een erotische sauna, seksuele activiteiten zijn toegestaan. Prostitutie vindt niet plaats en is binnen de accommodatie verboden.

3.2 Op dinsdag, vrijdag en zondag organiseert verweerster een “Men Only” dag, op deze dag is de erotische sauna enkel toegankelijk voor mannelijke bezoekers. Elke donderdag is er een “Couples Only” dag. De overige dagen is de sauna voor een ieder toegankelijk. In het prijsbeleid van verweerster wordt er onderscheid gemaakt tussen mensen die alleen en als koppel komen. De laatste groep betaalt een gereduceerd tarief.

3.3 Op 22 juni 2021 dient een mannelijke bezoeker een discriminatieklacht in bij verzoekster. Hij voelt zich gediscrimineerd op grond van geslacht doordat verweerster verschillende entreetarieven voor alleengaande mannen en vrouwen hanteert. Op grond van de op 22 juni 2021 gehanteerde tarieven moest hij een entreeprijs van € 40,- betalen. Voor vrouwen gold een entreeprijs van € 10,-.

3.4 Op 5 juli 2021 start verzoekster naar aanleiding van de klacht een wederhoorprocedure. Vervolgens dient zij op 6 december 2021 een verzoek om een oordeel in bij het College.

3.5 Gedurende de procedure wijzigt verweerster de tarieven waarbij de entreeprijs voor alleengaande vrouwen en mannen gelijk wordt getrokken. 

3.6 Verweerster berekent thans aan haar alleengaande bezoekers, ongeacht het geslacht, een entreeprijs die varieert afhankelijk van de dag van het bezoek. De entreeprijs op gemengde dagen bedraagt € 40,-. Op mannendagen is dit € 27,50,-. Voor koppels geldt er nog altijd een gereduceerd tarief, namelijk € 45,- per koppel.

4 Verboden onderscheid op grond van geslacht?

Standpunt verzoekster
Verzoekster stelt zich op het standpunt dat er sprake is van verboden onderscheid op grond van geslacht door voor alleengaande bezoekers verschillende entreeprijzen te hanteren voor dezelfde dienst; toegang tot de saunafaciliteiten.

Standpunt verweerster
Verweerster betwist dat er sprake is van verboden onderscheid. Primair stelt zij zich op het standpunt dat het verzoek niet-ontvankelijk is omdat de prijzen voor alleengaande mannen en vrouwen op gemengde dagen gelijk zijn getrokken. Subsidiair stelt zij zich op het standpunt dat de prijsverschillen verklaarbaar waren omdat de inhoud van een bezoek van een vrouw aan de erotische sauna niet gelijk is aan die van een man. Zodra er een vrouw aanwezig is dient zij zich meer in te spannen dan de mannen, zolang de vrouwen in de minderheid zijn. Er dient aldus niet sec naar de prijslijst van entree te worden gekeken maar naar het geheel waarbij er bij diensten niet enkel op de saunafaciliteiten maar ook op de sekshandelingen wordt gedoeld. Daarnaast is het verschil in prijs bedoeld om meer vrouwen aan te trekken.

Beoordeling
4.1 Het is verboden om onderscheid op grond van geslacht te maken bij het aanbieden van of verlenen van toegang tot goederen of diensten (artikel 7, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Algemene wet gelijke behandeling (AWGB), in samenhang met artikel 1 AWGB). Verweerster is als aanbieder van saunafaciliteiten gehouden aan dit verbod.

Ontvankelijkheid
4.2 Verweerster stelt dat het verzoek niet-ontvankelijk is. Hiertoe voert zij aan dat verzoekster een beroep doet op de grond geslacht vanwege de prijsverschillen tussen man en vrouw, maar dat deze tarieven inmiddels zijn gewijzigd. Hiertoe verwijst verweerster naar de entreeprijzen op haar website.

4.3 Ten aanzien van de ontvankelijkheid van het verzoek overweegt het College als volgt. Verzoekster baseert haar verzoek op de gehanteerde entreeprijzen voorafgaand aan de procedure bij het College. Hierbij werd er een onderscheid gemaakt tussen alleengaande mannelijke en vrouwelijke bezoekers. Het College stelt vast dat hetgeen verzoekster aanvoert neerkomt op een klacht over ongelijke behandeling bij het verlenen van toegang tot een dienst. Het gaat verzoekster er immers om dat mannen en vrouwen voor eenzelfde prijs de erotische sauna kunnen betreden. Het College constateert dat verweerster gedurende de procedure de tarieven op haar website heeft aangepast. Zowel vrouwen als mannen betalen nu dezelfde, vaste entreeprijs van € 40,- ongeacht hun geslacht. Hiermee is de ongelijke behandeling, die anders inderdaad had bestaan, opgeheven. 

4.4 Het College heeft ambtshalve kennisgenomen van de uitspraak van het Hof van Justitie in Diskrimineringsombudsmannen / Braathens Regional Aviation AB (HvJ EU 15 april 2021, C 30/19, ECLI:EU:C:2021:269 (Diskrimineringsombudsmannen / Braathens Regional Aviation AB). Uit deze uitspraak volgt dat het betalen van de gevorderde schadevergoeding los staat van het belang om het bestaan van discriminatie vast te stellen. Het College komt tot het oordeel dat er geen succesvol beroep kan worden gedaan op de uitspraak van het Hof omdat deze op wezenlijke feiten verschilt. Volgens het Hof biedt de enkele betaling van een geldbedrag een persoon die verzoekt om vast te stellen dat hij het slachtoffer is geweest van discriminatie, geen effectieve rechterlijke bescherming omdat hiermee niet wordt voldaan aan de herstellende functie in de vorm van erkenning en de betaling niet geacht kan worden degene die discrimineert daadwerkelijk af te schrikken. Zoals overwogen in rechtsoverweging 4.3 is in casu geen sprake van een zogenaamde schadeloosstelling maar heeft verweerster het discriminerende gedrag beëindigd door de prijzen gelijk te trekken. Hiermee is voldaan aan de wens van verzoekster om gelijk behandeld te worden. Bovendien zou een oordeel over het bestaan van discriminatie in casu niet het beoogde afschrikwekkende effect kunnen sorteren, in die zin dat het herhaling van discriminatie zou voorkomen, omdat verweerster door het aanpassen van de entreeprijzen de ongelijke behandeling reeds heeft opgeheven.

4.5 Verzoekster heeft aldus geen belang meer bij een oordeel en is wat betreft dit onderdeel van haar verzoek niet ontvankelijk.

5 Verboden onderscheid op grond van hetero- of homoseksuele gerichtheid en burgerlijke staat?

Standpunt verzoekster
Verzoekster stelt dat verweerster door verschillende prijzen te hanteren op mannendagen en gemengde dagen en voor koppels en alleengaanden verboden onderscheid maakt aangezien de dienst, het gebruik van de saunafaciliteiten, voor alle bezoekers gelijk is.

Standpunt verweerster
Verweerster maakt primair bezwaar tegen de inbreng van de gronden seksuele gerichtheid en burgerlijke staat. Zowel de correspondentie als de gesprekken tussen verzoekende en verweerster hadden enkel betrekking op de grond geslacht. Subsidiair stelt verweerster dat zij geen onderscheid maakt op grond van hetero- of homoseksuele gerichtheid. De reden dat zij verschillende tarieven hanteert, is dat er een andere dienst wordt aangeboden op de mannendagen. Dit heeft te maken met het gegeven dat de duur van het bezoek korter is omdat mannen niet hoeven te wachten op de komst van een vrouw. Er is immers voldoende aanbod van overige mannelijke bezoekers. Daarnaast zijn er minder faciliteiten toegankelijk op de mannendagen. Er is eveneens geen sprake van onderscheid op grond van burgerlijke staat. Bij toegang tot de erotische sauna wordt immers niet gevraagd naar de relationele situatie van de bezoekers. Het gaat er puur en alleen om dat je als koppel komt.

Beoordeling
5.1 Het is verboden om onderscheid op grond van hetero- of homoseksuele gerichtheid of burgerlijke staat te maken bij het aanbieden van of verlenen van toegang tot goederen of diensten (artikel 7, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Algemene wet gelijke behandeling (AWGB), in samenhang met artikel 1 AWGB). Verweerster is als aanbieder van saunafaciliteiten gehouden aan dit verbod.

Ontvankelijkheid
Het College concludeert uit de overgelegde stukken en het onderzoek ter zitting dat de gronden seksuele gerichtheid en burgerlijke staat puur en alleen in de sleutel van de hoofdklacht geslacht zijn opgevoerd. Zoals overwogen in rechtsoverweging 4.3 is verzoekster niet-ontvankelijk in haar hoofdklacht omdat het prijsverschil tussen mannen en vrouwen reeds is weggenomen. Omdat de overige gronden puur subsidiair werden opgevoerd is met het wegvallen van de primaire grond ook de grond onder het behandelen van de subsidiaire klachten weggevallen. Het College kan verzoekster aldus niet ontvangen in haar verzoek en komt daarom niet toe aan het geven van een oordeel over de vraag of verweerster verboden onderscheid maakt op grond van burgerlijke staat en seksuele gerichtheid.

6 Oordeel

Stichting Regionale Anti Discriminatie Actie Raad is niet-ontvankelijk in haar verzoek tegen Sauna Azzurra B.V.

Aldus gegeven te Utrecht op 12 juli 2022 door prof. dr. J. Morijn, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. I.M. van der Elsken,  secretaris.





prof. dr. J. Morijn           

mr. I.M. van der Elsken

Samenvatting oordeel